dinsdag 14 juni 2011

Basis voor presteren: toegevoegde waarde

In Van Bijsterveldt's Actieplan voor het primair onderwijs, Basis voor presteren, wordt gesteld dat scholen niet alleen moeten zorgen dat de opbrengsten omhoog gaan, maar ook moeten ze aantonen dat die hogere scores door hun toedoen behaald zijn. Scholen kunnen alleen het predicaat 'excellent' verdienen als zij aantonen dat de behaalde resultaten het gevolg zijn van de toegevoegde waarde die de school biedt.

Dit jaar heb ik voor het tweede achtereenvolgende jaar groep 5. Vorig jaar was me opgevallen dat het belangrijkste en meest hardnekkige spellingsprobleem in groep 5 de verdubbeling en verenkeling is. Dat wil zeggen, de verdubbeling van de medeklinker na een korte klank en de verenkeling van de klinker bij een lange klank aan het eind van een open klankgroep. 'Ballen' met twee ellen en 'balen' met één a.

Begin dit jaar dacht ik, daar ga ik nu eens stevig op inzetten, dat dat er aan het eind van dit jaar goed in zit. Want vorig jaar was het niet gelukt met alleen de methode te volgen en incidentele verlengde instructie.

Het hele jaar heb ik op allerlei speelse en schoolse manieren extra geoefend met deze twee spellingscategorieen. Ze hebben huiswerk meegekregen met de woordpakketten uit onze methode Taalverhaal Spelling en extra kopieerbladen uit Spelling in de lift. Als we galgje speelden kozen we woorden met de letterzetter en de letterrover, zoals de methode ze noemt. Het hele jaar door hebben de kinderen kunnen spieken op wandkaarten met de betreffende spellingsregels, met daaronder een hele waslijst met voorbeeldwoorden die de kinderen zelf met grote letters op gekleurd papier hebben geschreven.

Toch blijkt, nu het jaar wederom teneinde loopt, dat de meeste kinderen het nog niet in de vingers hebben. Ze doen het even goed of slecht als de kinderen vorig jaar, die al die extra oefening niet hebben gekregen.

En het mooiste is: ik ken geen enkele volwassene die fouten maakt in deze spellingscategorie. Iedereen kan het, uiteindelijk. Aan wie ligt dat? Wie heeft daarvoor gezorgd? Wanneer en waar heeft het moment plaatsgevonden waarop het kwartje viel?

In het onderwijs gebeurt van alles waarvan je niet zo eenvoudig kunt zeggen wat daarin precies de invloed en de toegevoegde waarde is geweest van de leerkracht of de school. Niet alles is beheersbaar, meetbaar, maakbaar. Veel gebeurt buiten onze invloed om.

2 opmerkingen:

  1. Vanuit het Ruttiaanse meritocratische perspectief is het duidelijk, Hester: je hebt gefaald. Je voegt te weinig toe. Geen bonus voor jou dit jaar, misschien zelfs geen periodiek als je een strenge werkgever hebt.

    Wat zou dat met je doen? Ik twijfel er niet aan of je hebt oprecht, energiek, en naar vermogen gezocht naar een verbetering. Die er niet kwam. Dus geen beloning.

    Misschien ben jij toevallig een doorzetter, een autonoom. Niet voor niks heb jij een blog, waarin je je wedervaren deelt. Maar zouden je collega's zich net zo inspannen als jij, als de beloning uitblijft? Als frustratie je deel is, en de schoolleiding de tegenslag ook nog eens financieel markeert?

    Ik vrees dat die wortel-en-stok-benadering per saldo tot veel meer frustratie leidt dan tot motivatie. Motivatie voor het leraarschap en voor het oplossen van didactische problemen zit in jezelf. Die kun je niet aanmoedigen met een fooi; maar je kunt hem wel ontmoedigen door een onterechte terechtwijzing.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Heerlijk, Hester.
    Ik weet ook niet hoe het komt dat ik het wel goed doe.
    Ja, wij sloten vroeger klassikaal 'onmiddellijk' het raam met 2 'dees' en 2 'ellen'.
    Maar waarom dat bij mij blijft hangen en bij anderen niet?
    Ik heb wel van dat woord in mijn binnenste een foto van gemaakt. Zou het dat zijn?
    Ook als ik teksten van anderen lees, pik ik de fouten er fotografisch uit.
    Maar of dat dit antwoorden zijn...

    met vriendelijke groet, Tura Gerards

    BeantwoordenVerwijderen