En dan is er de kwestie van de ADHD'ers. Er wordt vaak gezegd dat de enorme vlucht die deze gedragsstoornis (en de medicalisering ervan) heeft genomen enerzijds is toe te schrijven aan de information overload en anderzijds ook aan de afnemende tolerantie bij moderne volwassenen die het altijd druk druk druk hebben in de hectische eenentwintigste eeuw. Met de suggestie dat er met die arme kinderen zelf eigenlijk niet zoveel aan de hand is.
Het klinkt plausibel, maar toch ook te gemakkelijk. Want dat sommige kinderen een gedragsstoornis hebben, al dan niet ge-etiketteerd als ADHD of een stoornis in het autistisch spectrum, heb ik bij herhaling met eigen ogen in de klas kunnen waarnemen. En al zou het onaangepaste gedrag een kwestie van nurture zijn - waar ik altijd bij voorkeur vanuit ga omdat dat ruimte laat voor verbetering - dan nog is daarmee niet zo gemakkelijk te zeggen welke factoren in de omgeving het precies zijn die het gedrag veroorzaken.
De onderwijsinnovatiegoeroe Sir Ken Robinson gaat zover, te suggereren dat kinderen die niet stil kunnen zitten misschien wel gefrustreerde dansers zijn, die een uitzonderlijk talent voor bewegingskunst hebben dat, ocharm, door het rigide onderwijssyteem onderdrukt wordt. En de oplossing voor deze onaangepaste kinderen zou dan zijn, dat ze onderwijs in de kunstvakken zouden krijgen.
Nu werk ik op een kunstmagneetschool, een basisschool waar alle kinderen van groep 1 tot en met 8 dansles en dramales krijgen, en ook muziek en beeldende vorming, van vakdocenten. En het zijn precies de kinderen die in de klas niet stil kunnen zitten en zich niet kunnen concentreren op hun werk, die vaak volledig uit de bocht vliegen tijdens de dans- en dramales. Het is allerminst het geval dat deze kinderen daar eindelijk aan hun trekken komen wat hun behoefte aan bewegen betreft. Zij kunnen het minst van al omgaan met de losse structuur die deze lessen, in ruimten zonder stoelen en tafels, kenmerkt.
Als ik kijk naar de ADHD'ers die ik in de loop der jaren in mijn onderwijspraktijk heb leren kennen, dan springt het meest in het oog dat deze kinderen niet om kunnen gaan met de grotere mate van vrijheid die ze wordt toevertrouwd in het hedendaagse onderwijs. De tijd is voorbij dat de kinderen twee aan twee met hun neus naar het bord zitten en stilzwijgend de informatie absorberen die de onderwijzer bij de kinderen naar binnen giet. Niet alleen tijdens de kunstvakken krijgen de kinderen de ruimte om zelf iets vorm te geven en te scheppen, maar ook in de taalles is regelmatig gelegenheid om in klein groepsverband iets te bespreken, en bij rekenen gaan kinderen soms de hele school door om een plattegrond van het gebouw te tekenen.
Dat vraagt een grote mate van verantwoordelijkheidsgevoel en zelfbeheersing en focus, en sommige kinderen kunnen die niet opbrengen. Die hebben een leerkracht nodig die strakke kaders aangeeft en precies duidt wat er van hen verwacht wordt. Alleen binnen de veiligheid van een vast omlijnde opdracht zijn zulke kinderen in staat om de aangeboden leerstof te verwerken en vervolgens zelf iets voort te brengen. Samenwerken met klasgenoten in een vrije situatie is voor zulke kinderen een vrijwel onmogelijke opgave.
Wat de oorzaak is van dit gebrek aan zelfbeheersing en focus blijft de vraag, maar dat sommige kinderen een dergelijk gebrek hebben, staat wel vast. Ik ben de eerste die op de barricaden gaat voor het recht zich niet te conformeren, en ik heb een warm en ruim hart voor de eindeloze veelvormigheid waarin mensen zich ontwikkelen en uiten. Ik noem het zelfs zonder voorbehoud: liefde, en het is een liefde die veel verder gaat dan tolerantie.
Maar waar het hier over gaat is niet zomaar leuk afwijkend gedrag dat je op waarde moet leren schatten. Het is een onvermogen dat kinderen in de weg staat om aansluiting te vinden bij de groep, en waar kinderen onder lijden. Want ieder mens verlangt naar verbondenheid met anderen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten